
Het trieste kerstmysterie rond het vermoorde meisje van Teteringen dat vandaag precies dertig jaar geleden werd gevonden, vertoont opvallende overeenkomsten met een evenmin opgeloste meisjesmoord in het Duitse Frankfurt.
Daar werd in 2001 ook een gemarteld en uitgehongerd slachtoffer met gelijkaardige verwondingen aangetroffen. Net als bij het meisje van Teteringen hebben zich nooit familieleden of bekenden van deze tiener bij de opsporingsdiensten gemeld. Ook zij is niet geïdentificeerd.
In 2006 stuitte ik op deze zaak toen ik voor De Telegraaf een groot artikel over de Teteringse cold case schreef. De Duitse politie beaamde toen dat er overeenkomsten zijn. Ook de Brabantse politie liet weten de twee zaken te zullen vergelijken. Hoe dat afliep, kreeg ik niet meer te horen. Mijn aandacht werd daarna bovendien opgeslokt door andere zaken.
Autoriteiten
Inmiddels doe ik hernieuwd onderzoek naar de moorden met oud-Telegraafcollega Theo Jongedijk en hebben we de zaak opnieuw bij de autoriteiten in Brabant en Franfurt aangekaart. Dat alles in navolging van Theo’s recent uitgebrachte boek ‘Het meisje van Teteringen’ (uitgeverij Woordmagie).
In onze naspeuringen worden we bijgestaan door oud-rechercheur Dick Gosewehr. Recent verscheen al een uitgebreide reportage en een getuigenoproep in zeven talen op deze site.
Zandpad
Het meisje van Teteringen werd omgebracht rond de kerstdagen van 1990 en gedumpt langs een bosweggetje, de zogeheten Galgestraat, bij het bosgebied Cadettenkamp aan de rand van het Brabantse dorp. Waarschijnlijk gebeurde dat op de 23e december van 1990. Een wandelaar vond haar twee dagen later, aan het eind van de middag.
Het Frankfurtse meisje is vermoord in de zomer van 2001. Ze spoelde op 31 juli dat jaar aan op de oevers van de rivier de Main bij Nied, een stadsdeel in het westen van Frankfurt.

Qua uiterlijk lijken de meisjes enigszins op elkaar. Hun lengte was vrijwel gelijk (rond de 1.60 meter). Van beide tieners is vastgesteld dat zij een gaaf gebit hadden maar nooit tandheelkundige zorg kregen. Dat doet ons vermoeden dat zij allebei afkomstig kunnen zijn uit een ver land en mogelijk op jonge leeftijd kunnen zijn verhandeld. Andere mogelijkheid is dat de meisjes in een zeer geïsoleerde en onveilige thuissituatie opgroeiden en dat hen iets werd aangedaan door familieleden.
Leeftijd
De leeftijd van het meisje van Teteringen is geschat op vijftien tot achttien jaar, het Frankfurtse meisje was iets jonger en circa dertien jaar oud.
Opvallend is verder dat de meisjes allebei een vergroeiing aan hun linkeroor hadden. Volgens de Duitse politie ging het bij de Frankfurtse tiener om een zogeheten bloemkooloor. Over het in Brabant gevonden meisje is dat niet gecommuniceerd, een foto van de zijkant van haar gelaat laat echter zien dat ook haar linkeroorschelp een afwijkende verdikking vertoonde.
De meisje werden verder op een zelfde wijze gemarteld: op hun lichamen waren er veel brandwonden door uitgedrukte sigaretten.
Stoel
Diepe wonden aan polsen en enkels en doorzitwonden op het achterwerk van het Teteringse meisje wijzen uit dat de tiener wekenlang vastgebonden moet hebben gezeten op een stoel. Ze stierf een vreselijke en zeer pijnlijke dood: het meisje is veelvuldig gemarteld en bezweek aan de gevolgen van uithongering.
Ook de Frankfurtse tiener werd voedsel onthouden en woog nog maar 38 kilo toen zij werd gevonden. Dit meisje overleed door inwendig letsel – geperforeerde longen en milt – door extreem geweld waarbij haar ribben waren gebroken. Onderzoek op allerlei oudere letsels en verwondingen wees uit dat ze sinds de kinderleeftijd was mishandeld. Uit isotopenonderzoek bleek dat deze tiener voor haar dood zeker twee jaar in Duitsland had gewoond.
Nederlandse
De stoffelijk overschotten waren gewikkeld in kleden gedumpt. Het Teteringse meisje was in dekens en een stuk tapijt gerold. Het Frankfurtse meisje lag in een dichtgebonden dekbed dat was verzwaard met een in Nederland gefabriceerde parasolvoet.
Van het meisje in Frankfurt denkt de politie dat zij mogelijk uit het Pakistaans/Afghaanse grensgebied stamt omdat het dekbed was dichtgesnoerd met een band in de kleuren uit die regio.
De recherche Frankfurt bracht eerder naar buiten dat het tienermeisje wellicht als dienstbode had gewerkt in kringen van diplomaten en illegaal in Duitsland verbleef. De politie vermoedt dat ze bij een diplomatengezin inwoonde. De speurders verrichtten destijds een groot een getuigenonderzoek maar kwamen niet verder vanwege diplomatieke onschendbaarheid in die kringen.
FBI
Het dna van het meisje is in de Duitse en internationale dna-databanken opgenomen. Ook de Amerikaanse FBI werkte mee aan het Duitse onderzoek. Dat strekte zich uit in veel richtingen. Zo doorzocht de politie ruim honderd binnenvaartschepen met lijkenhonden. In kerken en jeugdcentra in Afghanistan, Pakistan en Noord-India liet het Duitse onderzoeksteam twintig jaar terug ook posters en oproepen in allerlei talen verspreiden. Zonder enig resultaat: nog steeds is het meisje niet geïdentificeerd.
Datzelfde geldt voor het Teteringse slachtoffer dat mogelijk uit (Noord-)Afrika afkomstig is. Niets staat echter vast. Zo vinden sommigen van onze tipgevers dat zij ook trekken heeft van bevolkingsgroepen in Suriname of op de Antillen.
Rode
De tiener was gekleed in een rode ribbroek van het Belgisch modemerk Carine en droeg een rode coltrui in maat L, een trui die haar veel te ruim moet zijn geweest. Omdat aan een van de doekjes die op het meisje zijn gevonden een rood touwtje was geknoopt, vermoedt een tipgever van deze site dat voodoo-rituelen op het meisje kunnen zijn losgelaten.
Dat doet denken aan praktijken binnen de netwerken van mensensmokkelaars die al sinds de jaren tachtig grote aantallen Nigeriaanse meisjes en vrouwen naar Nederland en andere West-Europese smokkelen. De slachtoffers – niet zelden mishandeld met brandende sigaretten – belandden vrijwel zonder uitzondering in de prostitutie. Een bekend gegeven is dat de meisjes worden onderdrukt en bang gemaakt met voodoo.
In 1991 zei de Brabantse politie in het toenmalige blad Aktueel dat volop was gespeurd in prostitutiekringen in diverse Nederlandse en Belgische steden, maar zonder resultaat.
Omgeving
Een van onze belangrijkste conclusies tot nu toe is dat de dader(s) uit Teteringen of directe omgeving moeten komen.
De Galgestraat, een afgelegen weggetje, is een plek waar je niet zomaar terechtkomt. Dat was zeker niet het geval in 1990, toen het Cadettenkamp een onbekend natuurgebied was. De moordenaars van het meisje kenden er vrijwel zeker de weg, omdat zij er gewoond, gewerkt of een tijd gebivakkeerd moeten hebben.
Gezien de plek waar het slachtoffer lag – ingepakt in een groene en bruine deken en een stuk tapijt met Oosters motief – is het meisje vrijwel zeker snel vanuit een auto gedumpt die daarna ongezien is doorgereden.
Camper
Volgens een van de omwonenden die Theo de afgelopen tijd sprak, zag zij rond de tijd dat het meisje gedumpt werd iets opvallends. Deze oudere dame, die nog steeds bij het Cadettenkamp woont, merkte op dat er een camper op de bospaden rondreed.
Dat was in die tijd heel erg ongewoon, kreeg Theo van haar te horen. “Campers waren in die tijd nog vrij zeldzaam. Maar vooral het tijdstip was deze mevrouw opgevallen. Eind van de middag en pal voor de kerst, terwijl er geen camping open was en het bepaald geen weer was om lekker te gaan kamperen.”

Werd het meisje mogelijk in een camper vastgehouden en vanuit zo’n voertuig als oud vuil weggegooid? We houden het voor mogelijk. De tiener moet in ieder geval ergens wekenlang opgesloten gezeten zonder dat zij door iemand werd ontdekt. Misschien is een camper wel het ideale vervoermiddel voor een sadistische zedenmisdadiger.
Informatie
De Brabantse dame die de auto zag rijden, heeft dat destijds bij de politie gemeld. Wat er met haar informatie is gebeurd, weten we niet.
We weten inmiddels wél heel veel meer over het onderzoek naar Marokkaanse families in Antwerpen die jarenlang bij de politie in beeld waren op verdenking van betrokkenheid. We stelden het coldcaseteam van de Brabantse recherche daar de afgelopen maanden diverse vragen over. Waarom waren de Marokkanen in België destijds verdacht geworden? En hoe was dat onderzoek destijds afgelopen?
De politie wilde er niets over kwijt. Inmiddels begrijpen we wel waarom. Rercherche en OM blijken er namelijk heel wat te verbergen te hebben.
Belgische
Hoe kwam het onderzoek op deze families uit? Op dezelfde dag waarop het lichaam van het meisje van Teteringen werd gevonden, stuitte de recherche langs de verderop gelegen A27 op een witte Peugeot 305 met Belgische nummerplaat. De wagen had panne en was achtergelaten op parkeerplaats Galgeveld door twee of drie Marokkaanse mannen. Een getuige had waargenomen hoe zij een lift kregen van een auto met eveneens een Belgisch kenteken.
Vanaf dat moment is het onderzoeksteam zich lange tijd op België gaan richten. Er werd contact gezocht met de politie in Antwerpen en aan de hand van de kentekens kwamen enkele Marokkaanse families in beeld.
Dekten
“Opa’s, oma’s, vaders en moeders, broers en zussen”, zei de politie in 1991 in hetzelfde Aktueel-artikel. “We zaten aardig in de richting, maar we konden niets bewijzen. Ze dekten elkaar, of ze wisten van niks.”
Maar hoe zat ‘t nu werkelijk in België? Waarom is de politie daar zo zwijgzaam over? De afgelopen weken kregen we belangrijke informatie over dat politieonderzoek van begin jaren negentig in Antwerpen. En dat werpt een heel ander licht op de gang van zaken.
Op onze eerdere getuigenoproep op Femke Fataal reageerde Karima*, een jonge Marokkaanse vrouw die familie is van een van de beschuldigde families.
Schokkend
Karima is de dochter van Youssef* – de Marokkaanse man die de inzittenden van de gestrande Peugeot langs de A27 destijds een lift gaf. Zelf was Karima toen nog een klein meisje. Pas later hoorde ze van haar ouders wat er was gebeurd. Een schokkend verhaal.

“Mijn vader was destijds begin dertig en werkte als chauffeur”, kijkt ze terug. “Daarnaast had hij een hobby waar hij veel tijd in stak. In zijn vrije tijd sleutelde mijn vader naar hartenlust aan auto’s in zijn garage. Veel Marokkaanse vrienden kwamen bij hem langs als zij problemen hadden met hun wagen. Mijn vader hielp hen altijd graag.”
Zo werd Youssef die decemberdag in 1990 gebeld dat een vriend van een vriend – de eigenaar van de witte Peugeot 305 – met panne bij het Nederlandse Breda stond.
Starten
Karima: “Papa is daar toen heengegaan. Hij heeft geprobeerd de auto aan de praat te krijgen, maar dat lukte niet. De Peugeot wilde niet starten. Mijn vader heeft die man en de andere inzittenden toen maar in zijn auto meegenomen naar een garage.”
Dat kwam Youssef duur te staan. Al een paar dagen later werd hij bij de Brabantse en Antwerpse recherche aangemerkt als mogelijke betrokkene bij de moord op het meisje van Teteringen.
Er kwam een inval en doorzoeking in Karima’s ouderlijke huis. “Mijn moeder was op dat moment hoogzwanger”, vervolgt ze. “Mama had de agenten niet gehoord en sliep nog. Toen ze wakker werd van alle tumult stond er een hele groep politiemannen rond haar bed. Mijn moeder is daar ongelooflijk van geschrokken. Ze raakte volledig in paniek van alles wat er in haar huis gebeurde.”
Verhoor
Karima’s vader werd langdurig door de politie aan de tand gevoeld. “Dat ging heel erg hard, in dat verhoor, vertelde mijn vader later. Het ging maar door. Mijn vader is van alles gevraagd en voorgehouden. De politie heeft hem daarbij allerlei foto’s van dat dode meisje laten zien. Ik denk om hem te shockeren. Dat is ze gelukt.”
Wat haar vader op de foto’s zag – het ernstig gemartelde lichaam van het meisje van Teteringen – kon Youssef niet meer vergeten. Zijn dochter: “Hij was er helemaal niet goed van geworden. Hij vond het verschrikkelijk. Het heeft hem daarna niet meer losgelaten, het heeft hem echt beschadigd.”
Youssef werd niet alleen onderworpen aan een spervuur van vragen. Hij werd tevens beschuldigd.
Checken
Karima herinnert zich wat haar vader daarover losliet. “Hij heeft van alles naar zijn hoofd gekregen. Zo van: ‘Hoe was de relatie met je vrouw? Ben je bedrogen? Heb je zussen? Is dit meisje jouw zus? Ze was een zus van je. Zegt u het nu maar, ze was een zus van je. Wat is er met haar gebeurd? Wat heb je haar aangedaan?’ Dat terwijl mijn vader van helemaal niets wist. Hij heeft het keer op keer verteld aan de politie: ‘Ik heb zussen. Gaat u maar langs mijn zussen. Ze zijn allemaal nog in leven! Ik begrijp het niet! Ik heb mijn zussen niets misdaan! Dat kunt u toch checken?”
Karima’s moeder beviel enkele weken later. “Dat ging helemaal niet goed”, vertelt haar dochter. “Er waren veel mankementen. Het kindje is één of twee maanden later overleden. Mijn ouders hebben nog een professor geconsulteerd. Kon dit allemaal veroorzaakt zijn door de schok van de huiszoeking door de politie en wat hen was overkomen, vroegen ze hem. De professor had hun verteld dat dat goed mogelijk was, maar dat zij dat nooit zouden kunnen bewijzen.”
Afgeluisterd
Youssef heeft later het politiedossier van het onderzoek tegen hem mogen inzien. Hij ontdekte dat hij en zijn familieleden lange tijd door de politie waren afgeluisterd. “Ik vond dat vreselijk”, vervolgt Karima. “Ook gesprekken tussen mij en mijn vriendjes en vriendinnetjes waren getapt. Maar mijn vader was heel stellig. ‘Ze mogen me afluisteren,’ zei hij. ‘Het kan me niet schelen, want ik heb niets misdaan’.”
Ze herinnert zich dat haar vader er sindsdien op stond om een papierversnipperaar te kopen. “Zo erg was hij eraan toe. Alles kan tegen je gebruikt worden, was zijn idee. Hij wilde dat papieren voortaan versnipperd konden worden.”
Bewijs
In 2006 liet de politie de stoffelijke resten van het meisje van Teteringen opgraven en alsnog dna uit de resten halen. Youssef en zijn vrouw werden in die tijd ontboden om dna af te staan op een politiebureau in Antwerpen. Een vergelijk met dna van het meisje leverde het onomstotelijke bewijs dat zij géén familie zijn.

Youssef is inmiddels overleden. Zijn dochter: “Mijn ouders hebben er nog over gedacht om een klacht in te dienen. Via een advocaat. Uiteindelijk hebben ze dat niet gedaan en het zo gelaten. Maar ze zijn er beiden erg getraumatiseerd door geraakt. Want weet u? Mijn vader heeft niets misdaan. Papa was gewoon een lieve, heel behulpzame en ongelooflijk vrijgevige man. De meest vrijgevige man die ik ooit heb gekend. Hij wilde altijd andere mensen helpen. Hij heeft toen ook iemand geholpen. Mama zei later: ‘En kijk hoe hij daarna werd behandeld. Als een crimineel…’ Zou de Nederlandse politie wel enig idee hebben wat er in onze familie allemaal is aangericht?”
Doofpot
Die vraag legden we de afgelopen dagen voor bij politiewoordvoerder Willem van Hooijdonk van de Brabantse politie. Antwoord kregen we niet. Uiteraard niet, zou je bijna zeggen. Zulk optreden probeert de overheid immers steevast in de doofpot te houden.
Er is de afgelopen dertig jaar op geen enkel moment een excuus van politie en justitie in de richting van deze zwaar gedupeerde familie in Antwerpen gegaan. Laat staan dat deze mensen een schadevergoeding kregen. Een schande, in mijn ogen.
Steil
Met Karima’s verklaring kunnen we het Antwerpse spoor in deze zaak rustig wegstrepen. De vraag is trouwens waarom het eigenlijk ooit is gevolgd. De auto van de Marokkanen uit Antwerpen stond nota bene een kilometer van dumpplaats van het lichaam en dan ook nog op een parkeerplaats langs de snelweg A27 waarvan geen enkele afslag tot het Cadettenkamp leidt. Daar uitstappen en met een lichaam een steil talud afdalen en dan bijna 800 meter door een bos lopen om een lichaam vlakbij de bebouwing te droppen… Zou de recherche er destijds eigenlijk wel over hebben nagedacht hoe reëel en haalbaar die optie was? Of waren Marokkaanse families gewoon een ‘makkelijke doelwit’?

Ook onze vragen over dna-onderzoek in de Teteringse zaak weigerde de politie te beantwoorden. Met nieuwe dna-technieken is het misschien mogelijk om nu – dertig jaar na dato – nog dna-sporen van de dader te halen van de kleding van het meisje en de dekens, het stuk tapijt en het nylon touw waarmee de bundel was dichtgesnoerd. Zijn die voorwerpen bewaard? De politie wilde er niets over zeggen.
Theo vernam de afgelopen weken echter dat het oude dossier, en dus ook die stukken, mogelijk zijn zoekgeraakt. Schandalig als dat zo zou zijn, uiteraard, maar zeer zeker geen uitzondering. Ik kwam het in veel meer cold cases tegen.
Dna
Wat is er nog aan te vangen met het dna-profiel van het meisje zelf, dat in 2006 na de opgraving uit haar beenderen werd veiliggesteld?
Een vergelijk met dna in de opsporingsdatabanken heeft klaarblijkelijk niets opgeleverd. Maar een lezer van deze website – Susanne Meijles in Amsterdam – wees ons afgelopen week op een heel andere mogelijkheid: een zoekslag met het dna-profiel in commerciële databanken voor verwantschapsonderzoek.
Susanne doet al jaren als hobby onderzoek in sociale media naar zaken van vermiste en ongeïdentificeerde personen. “Ik ben zelf lid van een aantal buitenlandse Facebookgroepen om te kijken of er mensen zijn die een Nederlandse link hebben. Ik deel deze informatie en zoek matches. Eigenlijk probeer ik hun stem te zijn.”
Waarheidsgetrouwe
De Amsterdamse merkte dat gebruikers van de sociale media niet graag een foto van een overleden persoon delen. “Gelukkig zijn er speciale kunstenaars, die het talent bezitten om een waarheidsgetrouwe gezichtsschets te maken die de kans op herkenning vergroot. Hier in Nederland is van die techniek gebruik gemaakt in de zaak van een omgebrachte vrouw die in 2019 in het Zeeuwse Westdorpe is gevonden en niet is geïdentificeerd.” Een forensisch kunstenaar in de VS maakte eerder zo’n portret van het meisje van Teteringen. Ook dat leverde echter geen herkenningen op.
Het raadplegen van de commerciële dna-databanken kan in de Teteringse zaak mogelijk wel leiden tot resultaten. Susanne heeft zich behoorlijk in de ontwikkeling van zulke bestanden verdiept.
Vergemakkelijken
“Sinds 2010 bestaat een onafhankelijke, Amerikaanse dna-database genaamd GEDmatch die het identificeren kan vergemakkelijken”, vertelt ze. “De database maakt het mogelijk om dna te vergelijken met dat van gebruikers van verschillende commerciële aanbieders zoals MyHeritage, 23andMe en Ancestry Dna. Iedereen kan de database gebruiken door zijn of haar dna te downloaden bij de aanbieder waar de test is afgenomen en het profiel vervolgens gratis te uploaden bij GEDmatch. Mensen die op zoek zijn naar hun (biologische) familieleden of graag hun stamboom bouwen, hebben daar veel baat bij. Er wordt namelijk op heel veel grotere schaal dna vergeleken.”
De Amerikaanse opsporingsdiensten hebben inmiddels ontdekt hoeveel profijt zij van de enorme bestanden kunnen hebben. Zo is de politie er in 2018 met gebruikmaking van de commerciële dna-databanken in geslaagd om de Golden State Killer te traceren.
Deze seriemoordenaar was verantwoordelijk voor tenminste dertien moorden, vijftig verkrachtingen en 120 inbraken. Dna-sporen die bij deze misdrijven werden veiliggesteld zijn in de databanken geüpload en brachten matches met verre familieleden van de seriedader aan het licht. Door een genealoog werd vervolgens een stamboom samengesteld die uiteindelijk in de richting van de verdachte wees.
Omarmen
Susanne: “Nog mooier is dat in 2017 twee genealogische onderzoekers in de VS gestart zijn met het ‘Dna Doe Project’ om ongeïdentificeerde personen te identificeren door middel van GEDmatch. Vrijwilligers helpen de stambomen te reconstrueren. De nauwe samenwerking met de politie heeft erin geresulteerd dat tot nu toe bijna dertig mensen hun naam hebben teruggekregen. Het zou mooi zijn als ook in ons land de politie deze database gaat omarmen.”

Deze week besteedde ook het NTR-programma ‘De kennis van nu’ in een uitzending aandacht aan de opsporingskansen die commerciële databanken bieden. Zweden heeft er als eerste land in Europa recent een zestien jaar oude moord op een achtjarige jongen mee opgelost.
Zou het iets kunnen brengen in onze Teteringse zaak? Ook dat is een vraag die we de politie gaan voorhouden.
Opsporing Verzocht
In zijn pogingen de zaak op tv te krijgen, nam Theo de afgelopen tijd drie keer contact op met producer Marloes van Empelen van ‘Opsporing Verzocht’.
Theo hoorde van Van Empelen het volgende: “Ik voel mij eigenlijk een beetje lastiggevallen. Ik ga er niet over of we wel of niet aandacht besteden aan deze zaak. Dat is aan de politie. Ik zou het op prijs stellen als je het geduld op zou kunnen brengen om te wachten tot er contact met je wordt opgenomen.”
Dat was ook meteen het allerlaatste levensteken van Opsporing Verzocht. Het zal bepaald niet zonder reden zijn dat dit voor de veiligheid in en van ons land waardevolle programma sterk wordt ingekort en deels wordt overgeheveld naar RTL4. Het is te hopen dat er daar een meer betrokken eindredactie op het programma wordt gezet.
Flagrante
Theo: “Vanaf het begin werd duidelijk dat van de Nederlandse politie geen enkele medewerking zou zijn te verwachten. Dit in flagrante strijd met de droge-ogen-bewering van kopstukken dat samenwerking van politie en burger essentieel is voor het boeken van resultaat en daarom steeds hoger op de agenda zou moeten komen te staan. Het zijn allemaal loze woorden zonder inhoud. Mooipraterij.”
Het antwoord op al onze vragen werd afgescheept met de dooddoener die ik al ontelbare malen hoorde: ‘In het belang van het onderzoek kan geen informatie worden verschaft.”
Dat slaat in deze zaak uiteraard helemaal nergens op. Het misdrijf is dertig jaar geleden en niet drie uur, drie dagen, weken of drie maanden terug gebeurd. Hoe lang zou de politie het dossier van het meisje van Teteringen nog ongeopend in de kast willen laten liggen? Hoe lang stel je uit dat het publiek met essentiële informatie wordt getriggerd om met die ene, gouden tip te komen?
Agressieve
Volgens voormalig korpschef Erik Akerboom van de Nationale Politie ‘leidt niet samenwerken en niet leveren tot onbegrip en kritiek. Het maakt van een assertieve burger al snel een ontevreden en soms agressieve burger.’
Je zou het er inderdaad bijna van worden, agressief. Je begint ook te vermoeden dat – laten we het voorzichtig stellen – er nog veel meer te verbergen valt. We zijn te netjes opgevoed om agressief te worden. Maar is de Nederlandse politie met betrekking tot deze zaak dienstbaar? Vergeet het maar. Hulpvaardig? Van geen kanten.
Suriname
Een reëler antwoord kwam van de politie in Suriname. Ook daar hebben we aangeklopt met een verzoek om in de bestanden van vermiste personen te kijken of er een match kan zijn.
We kregen te horen dat onze verwachtingen niet te hoog gespannen zouden moeten zijn. In de periode dat het meisje van Teteringen een actuele moordzaak werd, verkeerde de jonge republiek immers in een ‘chaotische situatie’ waarbij zelfs het politiebureau in brand werd gestoken.
Ons onderzoek naar deze lastige zaak blijft de komende tijd nog wel even doorgaan. “Het was wel het ultieme streven van mijn zoektocht die ongeveer een jaar geleden begon”, besluit Theo. “Kerstmis 2020 zou precies dertig jaar nadat zij werd gedood en weggegooid voor een beetje licht moeten zorgen in dit duistere drama. Wie is het meisje? Waar kwam ze vandaan? Het blijft gissen.”
Opnieuw roepen we bij deze de hulp in van de lezers van dit artikel. Weet je iets meer? Laat het ons graag weten! Tips zijn welkom op: theojongedijk@hotmail.com of contact@femkefataal.nl
*De namen ‘Karima’ en ‘Youssef’ zijn op verzoek van de geïnterviewde bron gefingeerd.
Taaie volharding dus. Gelukkig laten jullie niet los.
Het probleem bij dit soort zaken is dat de politie heel veel informatie achter houd onder het mom van DADERKENNIS. Ze willen uiteindelijk bij het aanhouden van de dader hem of haar kunnen confronteren met de feiten en omstandigheden zoals ze die hebben aangetroffen en dat de kans op een valse bekentenis met details die de fantast uit de media of de geruchten deze stukjes verwarring kan zaaien. Op zich zou je zeggen oke daar zit wat in. Maar dan moet je uiteindelijk wel een dader aanhouden. In veel zaken is 90% van die feiten en omstandigheden nog steeds een publiek geheim. Maar je zou er toch na een bepaalde tijd vanuit moeten gaan dat je de dader zonder het delen van deze informatie met de buitenwereld nooit meer gaat pakken. Laten we zeggen dat een jaar na dato als een dader nog niet is gepakt of in beeld is dat alle informatie vrij komt. Nu doen ze soms 20 jaar na dato beroep op het geheugen van mensen om zoals in dit geval informatie uit hun geheugen op te dissen zoals omtrent die camper die gezien zou zijn. Veel zaken worden bij voorbaat al uitgesloten terwijl we na het zoveelste schandaal zoals bij Epstein , Weinstein , de katolieke kerk etc toch zeker met de kennis van nu sadistische / criminele netwerken niet uit moeten sluiten. Als je kijkt naar de aantallen van vermissingen en dood gevonden slachtoffers zonder indentiteit dan kun je niet anders vaststellen dat er netwerken zijn waarbinnen mensen op verschillende manieren met elkaar samenwerken. Op het moment dat de politie stuit op verbanden waarbij men in hogere kringen uitkomt dan aarzelt men on in te grijpen of worden onderzoeken gestopt. Kijk naar het verloop bij de eerste klachten op Epstein en het verloop tot aan zijn aanhouding. Maar ook nu nog zul je zien dat sporen van zijn netwerk met veel middelen en mankracht worden gewist. Het wordt tijd dat de politie ook in de zaak van teteringen alles op tafel legt wat er bekend is zodat mensen verbanden kunnen leggen tussen hun waarnemingen en de bewijzen die de politie heeft gevonden in de loop der jaren.