Peter en Karin werden verdachten van bijstandsfraude

Een tijd terug werd ik gebeld door een ietwat gefrustreerde tipgever die een melding wilde doen over een man en vrouw.

De aangewezen man, Peter*, zou volgens de melder samenwonen met een vrouw, die ik hier Karin* noem. Met samenwonen is niets mis, uiteraard. Maar in dit geval ontving Peter een bijstandsuitkering van de gemeente en had Karin een baan.

Karin verdiende meer dan een bijstandsuitkering voor gehuwden. Zij zou Peter dus moeten onderhouden indien ze daadwerkelijk met hem samenwoonde. Peter zou in dat geval helemaal geen recht hebben op een uitkering omdat Karin genoeg verdient. 

Adres

Volgens de tipgever woonde het stel samen op het adres van Peter. De melder wist verder te vertellen dat Karin haar eigen woning al sinds een aantal jaren onderverhuurde aan ene Arie.

In mijn onderzoek naar deze tip voerde ik eerst een administratieve check uit om te controleren of de melding ook echt klopte. Zo keek ik onder meer naar de inschrijvingen in de Basisregistratie Personen (BRP) en onderzocht ik of er werkgevers bekend waren. Verder checkte ik of Peter en Karin voertuigen in hun bezit hadden.

Dat laatste bleek het geval: de twee hadden allebei een auto. Verder ontdekte ik dat Karin een goede baan had en beduidend meer verdiende dan een echtpaar maandelijks aan uitkering zou ontvangen.

Bingo

Al gauw zag ik dat behalve Karin, ook ene Arie op het adres van Karin stond ingeschreven. Bingo. Arie zou in een later stadium mooi als getuige kunnen worden gehoord.

Peter en Karin bleken beiden een Facebookprofiel te hebben. Karin had daar aangegeven dat zij al vier jaar een relatie had met Peter. Verder werd duidelijk dat het stel het erg gezellig had met elkaar.

Tijdens mijn naspeuringen stelde ik vast dat Karins auto bijna altijd voor de woning van Peter geparkeerd stond. Bij Karins huis bleek geregeld een auto te staan die op Arie’s naam stond.

Buurtonderzoek

Het werd tijd voor een klein buurtonderzoek. Bewoners in de directe omgeving wisten te vertellen dat Peter en Karin al zo’n twee à drie jaar samenwoonden. Zij bevestigden dat het om het adres van Peter ging.

Het zag ernaar uit dat het benadelingsbedrag de aangiftegrens van 50.000 euro zou gaan overstijgen. En daarmee werden Peter en Karin officieel aangemerkt als verdachten van een strafbaar feit.

Mijn volgende stap was om een officier van justitie te vragen rechtstreeks bij de bank de bankafschriften van het koppel te vorderen over een bepaalde periode. De afschriften wezen uit dat de twee samen een rekening hadden bij de bank waarop zij beiden maandelijks een bedrag stortten. Verder werd duidelijk dat Peter en Karin inderdaad al langere tijd samenwoonden. Alleen was de vraag sinds wanneer.

Buiten heterdaad

Van de officier van justitie kreeg ik toestemming om de twee verdachten buiten heterdaad te laten aanhouden. Ik maakte een afspraak met de politie om op een bepaalde dag en tijdstip tot aanhouding van Peter en Karin over te gaan.

De aanhouding gebeurde uiteindelijk in Peters huis. Hij en Karin werden door de politie overgebracht naar het bureau om er door sociaal rechercheurs te worden gehoord.

Het duo wilde gebruik maken van het recht op bijstand van een advocaat. In de tussentijd werd Arie vast gevraagd om als getuige zijn verhaal te doen. De man bleek de woning van Karin al sinds een jaar of drie te huren. Er woonde verder niemand, gaf Arie aan. Hij wist niet beter dan dat Karin al die tijd had samengewoond met Peter. Arie had Karins post altijd naar het huis van Peter gebracht.

Verhoord

Nadat Peter en Karin hun advocaat hadden gesproken en hadden laten weten dat er geen raadsman bij het verhoor aanwezig hoefde te zijn, werden ze afzonderlijk van elkaar verhoord.

Mijn collega’s en ik confronteerden hen met de resultaten van ons onderzoek. Uiteindelijk gaven de twee toe sinds drie jaar samen te wonen op Peters adres. Karin vertelde bovendien dat ze wist dat Peter al die tijd een bijstandsuitkering had gekregen. Het bedrag dat Peter ten onrechte had ontvangen, bedroeg ruim 60.000 euro.

Peter en Karin dienen dat geld allemaal terug te betalen aan de gemeente. Verder moeten zij voor de rechter verschijnen. Peter wordt verdacht van valsheid in geschrifte en het niet tijdig verstrekken van inlichtingen over zijn persoonlijke situatie in verband met zijn uitkering. Karin wordt beticht van opzetheling en schuldheling.

Of de twee geliefden nog steeds samen zijn, is mij niet bekend…

*De namen ‘Peter’ en ‘Karin’ zijn in verband met de privacy van de betrokkenen gefingeerd. De vorige column van sociaal rechercheur Juliette lees je hier.