Wat een eer om maandelijks een column te mogen schrijven op de site Femke Fataal! Na twintig jaar strafrechtadvocatuur heb ik kasten (en een server) vol verhalen met schurende kartelranden.
Terecht of onterecht veroordeeld? Noodweer of moord? Een echte femme fatale? Of toch een slachtoffer van geweld en invloed van een (meestal) mannelijk partner? Burgerlijke ongehoorzaamheid, relschoppers of politiegeweld?
Kortom; waarheid of leugens? Of een beetje waarheid en een paar leugens om bestwil? Het is aan de strafpleiter om het beeld dat van de verdachte is gecreëerd door de veelal op sensatie beluste pers, recht te zetten of te nuanceren.
Wij zijn dienstverleners. Maar niemand schrijft ooit een leuke, aardige recensie op LinkedIn over ons. Althans niet op naam. Mensen vinden het ontzettend stoer om te zeggen dat ze iemand van onze statuur kennen, maar zeggen er altijd direct bij dat ze beroepshalve nooit met ons te maken hebben gehad.
Mama
Tja, en dan de kinderen. Hoe ga je uitleggen welk werk je doet? Papa, aannemer, bouwt mooie bruggen en natuurgebieden waar we lekker gaan wandelen. En mama? Die haalt boeven uit de gevangenis. Als je stout bent, verdien je straf. Maar mama zorgt ervoor dat je zo min mogelijk straf krijgt of helemaal niets. Pedagogisch educatief is dit het niet helemaal. Ik ben nog steeds doende om daar iets op te vinden. Een nieuwsgierige peuter is moeilijk publiek…
Strafrechtadvocaat, advocaat in kwade zaken dan wel van de duivel. Totaal iets anders dan onze collega’s in het civiele contracten- dan wel familierecht. Deze belangenbehartiging speelt zich meestal af in het anonieme, binnen de zittingszalen, waarbij ik zeker de emotionele impact onderken.
Maar dan de frictie. En die vraag die ik me twintig jaar geleden ook al stelde. Waarom ga ik of gaat u –althans daar ga ik voorlopig van uit- niet over tot dit soort handelingen? Waarom zit u niet in het cachot ?
Het antwoord is heel simpel. Als de situatie en de personen zich ertoe lenen zijn wij allen, met alle decorum, in staat tot het plegen van de vreselijkste feiten. Het vernisje beschaving doet daar niet aan af. ‘Erst kommt das Fressen, dann der Moral’, zei Bertold Brecht ooit. Ik sluit me daar volledig bij aan.
Losse schroeven
Wij strafpleiters hebben een prachtig vak. Steeds biedt dat een inkijk in iemands leven en vaak ook in dat van zijn of haar slachtoffers. Maar het vak van een strafrechtadvocaat vergt vooral ook voortdurend de creativiteit om alternatieve scenario’s te schetsen zodat de bewijsredenering van het Openbaar Ministerie misschien op losse schroeven komt te staan.
Een goed netwerk van externe deskundigen zoals forensisch specialisten en gedragskundigen, is daarbij onontbeerlijk. Deze spanning, je ergens in vastbijten en jezelf elke dag mogen verrijken met veel uitdagingen, blijft voor mij het mooiste van dit beroep. Ik zie dat zelfs als een roeping.
De schaduwzijden zijn de afgelopen tijd ook prominent naar voren gekomen. De bedreigingen tegen advocaten (en zeer zeker niet alleen tegen degenen die zich bezighouden met de strafpraktijk) hebben inmiddels een prominente plaats in de media gekregen. Met als absurd dieptepunt de moord op Derk Wiersum en de beschieting op curator Philippe Schol.
Naast deze fysieke en verbale bedreigingen wordt onze rechtsstaat ook ondermijnd door de toenemende bezuinigen op rechtsbijstand. Daardoor hebben burgers die hun recht proberen te halen of door de staat worden aangeklaagd, geen toegang meer tot een advocaat. Langzaam uitroken zou je dit kunnen noemen.
Fouten
Tot slot de serie fouten en onrechtmatigheden die het Openbaar Ministerie zich meent te mogen veroorloven en, erger, waarbij het OM niet wordt afgestraft door de rechterlijke macht.
Op de universiteit leert een student strafrecht alles over de artikelen 348 en 359a van het Wetboek van Strafvordering. Daarin staat beschreven wat fouten in het vooronderzoek behelsen en wat de consequenties daarvan zijn.
Helaas is dit de ideale situatie. De ervaring leert dat de naleving van deze artikelen een dode letter is geworden. Daardoor wordt het wantrouwen van de justitiabele richting politie en justitie verder versterkt en brokkelt het broodnodige gezag en respect voor de handhavers steeds verder af.
Er valt genoeg te schrijven over onrechtmatig politieoptreden, het afluisteren van journalisten of het kwijtraken van dossiers. Maar ik zal in mijn columns op Femke Fataal ook zeker stilstaan bij mooie vrijspraken, grappige zaken, corruptie en bij misdragingen op het sportveld.