Gehaast, maar een kwartier te laat kwam het drietal onze aangiftekamer binnen. Er was een extra stoel bijgezet voor de zus van mevrouw Bouazza*.
Als derde mocht de echtgenoot van mevrouw erbij. “Mijn man is overigens doof”, zei mevrouw Bouazza. Vanonder een blauwe hoofddoek keken twee gitzwarte ogen mij aan.
Ik had haar al telefonisch te woord gestaan. Nadat ik een korte uitleg had gegeven over het intakegesprek dat we nu gingen houden, stak ze meteen van wal.
Beklagenswaardig
Haar adem zat hoog. En dat was niet het enige dat haar kennelijk hoog zat. Want de school van haar driejarige dochtertje vond ze erg beklagenswaardig. Zo was haar jongste telg op school ook al een keer van de glijbaan gevallen.
Bovendien had ze de laatste maanden al veel te stellen gehad met de kleine Samira*. Haar dochtertje plaste weer te pas en te onpas in haar broek, was na schooltijd niet altijd even enthousiast om haar te begroeten en was ook niet meer de vrolijke zelf die ze altijd was geweest, aldus de moeder.
Niet lang geleden zat ze met haar dochters in bad, toen ze haar jongste had willen wassen bij haar ‘voorbillen’ (de bewoordingen van mevrouw). Maar Samira was hard gaan roepen. “Nee mama! niet daar! Dat doet au!”
Zonder omhaal
Moeder, gealarmeerd, had zonder omhaal aan haar dochter gevraagd: “Wie heeft jou daar in je poenie pijn gedaan schatje? Wie?”
Samira had volgens mevrouw Bouazza hakkelend geantwoord. “Juf Amanda*, mama.”
Dat antwoord kwam als een klap in haar maag, vertelde ze.
Langzaam hadden woede en plots opgekomen, verhelderende inzichten zich meester van haar gemaakt. Dít was de oorzaak van het lastige en onbegrijpelijke gedrag van haar dochtertje, de laatste maanden!
Grootgebracht
Zij, moeder, kon er zelf helemaal niets aan doen. Ze had tenslotte al vier dochters grootgebracht. En dat allemaal zonder het voorbeeld van haar eigen moeder die al jong was overleden.
Dus die schooljuf – in een fladderige bloemetjesjurk en grof in haar motoriek – bleek helemaal niet zo lief te zijn als ze zich voordeed. Ze was een kindermisbruikster, zei mevrouw Bouazza, de woorden uitspuwend.
Zoals meestal bij moeders die bij ons komen met de overtuiging dat hun dochter is misbruikt, was ook deze vrouw niet van het idee af te brengen dat er misschien ook sprake kon zijn van een heel ander scenario.
Strafrecht
Een intake is bedoeld om de (on)mogelijkheden van het strafrecht en dus ook van de zedenpolitie toe te lichten. Wij mogen niet adviseren, maar zijn wel zo transparant mogelijk in het aangeven van de haalbaarheid van een eventuele veroordeling van een aangemerkte verdachte (vaak een ex van de aangever).
Daarbij hoort ook dat je als rechercheur duidelijk aangeeft wat wel en niet kan. Zo lag het in deze zaak niet in de rede om mevrouws driejarige dochtertje Samira als getuige in een studio te gaan horen. Dat kan pas met kinderen in de leeftijd vanaf vier jaar. We legden het haar allemaal uitgebreid uit.
Daarnaast, en dat is zeker niet minder belangrijk, benadrukten we zoals altijd wat de gevolgen zijn van het doen van aangifte van seksueel kindermisbruik en het, met goedkeuring van de officier van justitie, aanmerken van iemand tot verdachte van misbruik.
Kop
“Stelt u zich voor hoe iemands leven op zijn kop komt te staan, als hij of zij te boek komt te staan als kindermisbruiker”, hielden we mevrouw Bouazza voor.
Weer verbaasde ik me over de hardheid en onbewogenheid van deze vrouw. Ze vertrok geen spier en antwoordde: “Dan had juffrouw Amanda het maar niet moeten doen.”
Ondertussen was Samira in het ziekenhuis onderzocht, in een zogeheten ‘top/teenonderzoek’. Heel jonge kinderen kunnen dan zowel lichamelijk als psychisch worden onderzocht door een deskundige. Het onderzoek had niets opgeleverd.
Doorzetten
Een week later belde mevrouw Bouazza ons op. Ze wilde de aangifte doorzetten.
De gevolgen kwamen snel. Juf Amanda werd direct door de betrokken school geschorst. De onderwijzeres, een wat oudere dame, kon nu het feest van het einde van het schooljaar niet meemaken. Ik zag voor me hoe ze in de stress thuis moest zitten.
Aan de officier van justitie vroegen we om spoed. We wilden deze zaak zo snel mogelijk oppakken. Dat lukte. Niet lang erna kon juffrouw Amanda op ontbieding als verdachte door ons worden gehoord.
Ik zie haar nog binnenkomen, samen met haar advocaat. Ze trilde en had rode ogen.
Impact
Hoewel we vaak mensen verhoren heeft het ene verhoor meer impact op ons dan het andere. Mijn maag kromp een beetje samen toen mijn collega en ik de gang van zaken aan de docente begonnen uit te leggen.
Juf Amanda ontkende het misbruik. Hoewel we volledig neutraal in een verhoor staan, geloofde ik haar onmiddellijk. Ze begreep ook niet, vertelde ze, waarom er tegen haar aangifte was gedaan van het misbruiken van een klein meisje. Ze was er compleet kapot van.
Uiteindelijk heeft het Openbaar Ministerie dit dossier voortvarend behandeld. Dat resulteerde erin dat de zaak werd geseponeerd: de schooljuffrouw werd niet strafrechtelijk vervolgd.
Woedend
Mevrouw Bouazza reageerde woedend. Ze eiste een nagesprek. De officier van justitie vroeg me of ik haar te woord wilde staan, maar ik bedankte en liet het gesprek, zoals ook kan, aan het OM over. Ik kon het simpelweg niet meer opbrengen deze vrouw nog een keer te spreken of te zien.
Juffrouw Amanda is door het schoolbestuur gerehabiliteerd. Tot haar grote blijdschap kon ze ook naar het eindfeest.
Maar ik herinner me nog steeds die tenenkrommende en misplaatste houding van mevrouw Bouazza…
*Vanwege de privacy van de betrokkenen zijn deze namen gefingeerd. Ook benieuwd geraakt naar Marjans vorige column? Die kun je hier lezen.